Nematoden, schadeveroorzakers bij varens?
Tot de schadeverwekkers bij varens blijken ook nematoden te behoren, hoewel dit niet algemeen voorkomt.
Hieronder volgt eerst de beschrijving van een tuin waar de nematodenschade voorkwam en vervolgens een algemene beschrijving over de schade door nematoden.
Schade door nematoden bij varens
Enkele jaren geleden bezochten we tijdens een excursie een tuin waarvan de eigenaar ons op de schade door nematoden wees. Voor velen was dit de eerste kennismaking hiermee. Achteraf gezien voldoet deze tuin aan de eisen die nematoden aan een gunstige omgeving stellen:
- Er is hier sprake van een continue vochtigheid, in de herfst vooral maar ook in natte zomers raakt deze tuin zijn vochtigheid nooit kwijt.
- Daarbij valt op dat de aangetaste planten vooral te vinden zijn daar waar kunstmatig veel zand werd aangebracht. Als het vochtig is kunnen nematoden zich hiertussen goed voortbewegen.
- Het aangetaste deel van de tuin is vooral de rotstuin en heeft veel spleten en kieren waarin de planten staan maar waar potentiële vijanden van nematoden niet goed bij kunnen komen.
Wat we zagen bij de planten die aangetast waren was dat de onderste veren waren aangetast. Wortels en bladstelen bleken onaangetast te blijven.
Aangetaste Asplenium adulterum |
Aanplant Afrikaantjes ter bestrijding |
Ter bestrijding wordt boven gevoelig planten een glasplaatje gezet dat de planten droog houdt.
Dit helpt duidelijk. Het lijkt erop dat de nematoden op deze manier niet in de bladeren kunnen kruipen. Als verdere bestrijding worden er afrikaantjes aangeplant.
Nematoden of aaltjes zijn draadvormige wormpjes waarvan veel verschillende soorten bestaan met elk een eigen levenswijze. Een aantal soorten zijn echte roofdieren (zie ook het artikel over de varenrouwmug die met nematoden bestreden kan worden), andere soorten parasiteren op planten.
Nematoden worden van 0,4 tot 8 mm groot waarbij de meeste plantenparasitaire nematoden tussen 0,5 en 1,5 mm lang kunnen worden. Schade aan voedingsgewassen is algemeen voorkomend (het aardappelaaltje).
Levenscyclus van plantenparasitaire nematoden: Een cyclus duurt 6 tot 10 weken. Vaak zijn er meerdere
generaties per jaar. De ontwikkeling van ei tot volwassen dier kent 4 stadia. De eerste vervelling vindt al in het ei plaats en de larve verlaat het ei in het tweede stadium. Bij sommige soorten wordt het uitkomen van de eieren bevorderd door wortelafscheidingen van de waardplanten maar de meeste soorten komen zonder prikkels het ei uit als temperatuur, zuurgraad, vochtigheid en zuurstofgehalte van de bodem overeenstemmen met de eisen van de soort. Afhankelijk van de soort zal de nematode in het tweede stadium of als volwassen dier de waardplant aanvallen.
Zonder voedsel overleven deze nematoden hooguit 2 maanden. Er zijn soorten die zich in geval van voedselschaarste in een kokon terugtrekken en langere tijd overleven.
Plantenparasitaire nematoden zijn in te delen in soorten die bovengrondse plantdelen en soorten die worteldelen aantasten. Soorten die wortels aantasten kunnen weer ingedeeld worden in soorten die zich aan de wortel vastzetten en soorten die in en uit de wortel kunnen bewegen.
Plantenparasitaire nematoden hebben een monddeel waarmee de celwand wordt doorgeprikt en de celinhoud wordt gegeten. Dit veroorzaakt op verschillende manieren schade die ook weer verschillen per soort.
- Opname van water en voedingsstoffen wordt geremd en veroorzaakt op deze manier dat de plant gevoeliger is voor ziekteverwekkers.
- Nematoden maken toegangspoorten voor ziekteverwekkers voor schimmels en bacteriën.
- Nematoden dragen ziekteverwekkers over (virussen, bv. tabaksmozaïekvirus). De schade door nematoden in de landbouw heeft veel verschillende verschijningsvormen.
Plantenparasitaire nematoden komen in elke natuurlijke bodem voor. Om een plaag te worden hebben zij gunstige factoren nodig. Voor deze soorten zijn dat onder andere voldoende vochtigheid, die nodig is om zich te kunnen voortbewegen. De optimale temperatuur verschilt per soort.
De grondsoort is ook van belang: de meeste soorten hebben graag een bodem met grove poriën en een groot zandaandeel. In deze grond kunnen zij zich ook weer gemakkelijk voortbewegen en is er de garantie voor voldoende zuurstof.
Bestrijding van nematoden.
Voor de biologische landbouw worden allerlei soorten bijbeplanting aangeraden die een nematoden dodende of reducerende werking hebben.
Het afrikaantje (Tagetes) wordt in de landbouw gebruikt als bestrijding van nematoden. De wortels van Tagetes bevatten substanties (terthiofeen) die een sterk nematicide werking hebben.
Deze stoffen bevinden zich in bepaalde cellen van de wortelendodermis. Wanneer een nematode hier binnendringt sterven als gevolg van een biochemische reactie alleen die nematoden, die in die Epidermiscellen met de nematicide stoffen terechtkomen. De werking is vooral aangetoond tegen Pratylenchus. Bij andere soorten is geen effectieve werking aangetoond. Voor de bestrijding van Pratylenchus-soorten wordt in de landbouw een mengsel van 1:1 van Tagetes patula en Tagetes erecta aanbevolen. Tagetes patula heeft een sterkere nematicide werking maar is kleiner en groeit langzaam uit tot een volwassen plant. Om snel de bodem te begroeien en zo onkruid te bestrijden wordt Tagetes erecta gebruikt. Voor de tuin is dit geen algemeen toepasbare methode.